De BIM-competentiematrix
Klik hier om de pdf van de matrix te downloaden.
BIM is een nieuwe manier van werken die de dynamiek van het ontwerpen, bouwen en beheren van een bouwwerk sterk beïnvloedt. Dit gaat gepaard met een mutatie van de intra- en interorganisationele werkwijzen.
Deze mutatie houdt ook een evolutie van de individuele competenties van de personen die betrokken zijn bij de projectprocessen in (architecten, aannemers, patrimoniumbeheerders …).
De werkgroep ‘Opleidingen’ (WG5) van het Technisch Comité BIM & ICT en de Cluster BIM heeft een aantal ‘BIM-competenties’ geïdentificeerd en heeft deze in een matrix gestructureerd, zodat men er gemakkelijk naar kan teruggrijpen voor verschillende toepassingen (bij het uitwerken van opleidingsprogramma’s, bij aanwervingen …).
Voorwoord
Wat verstaat men onder ‘BIM-competenties’?
De individuele BIM-competenties kunnen gedefinieerd worden als de persoonlijke vaardigheden (stiptheid, sociale vaardigheden …), de professionele kennis (oplossing van ingewikkelde problemen, risicobeheer …) en de technische vaardigheden (softwarebeheersing …) waarover een persoon moet beschikken om een bepaalde activiteit te kunnen uitvoeren of tot een zeker resultaat te komen in de BIM-context. Deze competenties kunnen verworven of verbeterd worden dankzij opleidingen, opgedane ervaring en/of professionele ontwikkeling.
Doelstellingen van de werkgroep
De werkgroep WG5 heeft zich toegelegd op het identificeren van BIM-competenties op de schaal van de bouwsector in zijn geheel en dus niet op het identificeren van ‘BIM-rollen’ (BIM-manager, BIM-coördinator …) en de hiermee geassocieerde competenties. De geïdentificeerde competenties kunnen niettemin als referentie dienen om deze rollen te kwalificeren (zie het deel ‘Toepassingen’ hieronder).
Structuur van de matrix
De matrix werd opgesteld volgens de principes van de taxonomie van Bloom, die de leerdoelstellingen in verschillende niveaus indeelt, van zeer eenvoudig tot zeer complex. Aan elk van deze niveaus worden een aantal acties toegewezen, wat toelaat om doelstellingen te formuleren (‘de persoon moet in staat zijn om …’). In de matrix worden de competenties onderverdeeld volgens drie thema’s (tools, informatie en management) die elk zeven niveaus tellen (van 0 tot 6).
Zeven niveaus
Niveau 0 – Gemeenschappelijke sokkel
Het hebben van algemene kennis over BIM, d.w.z. het kennen van de algemene principes, van de basiswoordenschat (zie het ‘BIM-woordenboek’ op het BIMportal) … Dit niveau wordt aangeduid als de ‘gemeenschappelijke sokkel’, omdat hij de vereiste fundamentele kennis voor de drie thema’s bevat.
Niveau 1 – Kennis
Het kunnen omgaan met informatie op elementair niveau en het kunnen weergeven van de verworven kennis. Het gaat hier om acties zoals: identificeren, oplijsten, onderscheiden, het reciteren van vooraf geassimileerde informatie …
Niveau 2 – Begrip
Het kunnen verwerken van informatie nadat men de zin ervan begrepen heeft. Het gaat hier om acties zoals: parafraseren, uitleggen, discuteren, bewijzen …
Niveau 3 – Toepassing
Het in de praktijk kunnen brengen van een regel of een methode en het kunnen toepassen van kennis in een welbepaalde situatie. Het gaat hier om acties zoals: gebruiken, oplossen, uitvoeren, ontwikkelen …
Niveau 4 – Analyse
Het onderzoeken van de informatie door het identificeren van de onderdelen en de structuur ervan. Het gaat hier om acties zoals: organiseren, vergelijken, categoriseren, argumenteren …
Niveau 5 – Evaluatie
Het kunnen maken van veronderstellingen en het kunnen inschatten van de kwaliteit van een actie, een tool … volgens bepaalde criteria. Het gaat hier om acties zoals: oordelen, evalueren, bekritiseren, verantwoorden, verdedigen, kiezen …
Niveau 6 – Optimalisatie
Het kunnen rectificeren van de bestaande tools, het kunnen voorstellen van nieuwe methoden en het kunnen ontwerpen van nieuwe tools. Het gaat hier om acties zoals: uitvinden, reorganiseren, voorstellen, produceren …
Drie thema’s
De competenties die van belang zijn voor de drie thema’s worden hierna in grote lijnen beschreven. Voor een gedetailleerd beeld van de competenties, verdeeld volgens de verschillende niveaus, verwijzen we naar de matrix zelf (zie onderstaande tabel).
Tools
Het thema ‘tools’ houdt verband met het ‘technische/technologische’ aspect van BIM. Het gaat hier onder meer om vaardigheden op het vlak van software en hardware. We willen erop wijzen dat een persoon een verschillend competentieniveau kan hebben, naargelang van het type tool. Zo kan hij bijvoorbeeld in staat zijn om meerdere modeliseerprogramma’s te gebruiken, terwijl zijn kennis omtrent coördinatie- of controletools zoals viewers veel beperkter kan zijn.
Informatie
Werken met BIM betekent vooral dat men de juiste informatie op het juiste moment aan de correcte betrokkenen en in het goede formaat ter beschikking stelt. Het thema ‘informatie’ (de ‘I’ van BIM) is dus zeer belangrijk. Het omvat vaardigheden die verband houden met het structureren, het uitwisselen en het beheren van informatie. In deze context stuit men vaak op begrippen zoals Common Data Environment (gemeenschappelijke dataomgeving of collaboratief platform), clash detection (opsporen van incoherenties) …
Management
Competenties op het vlak van management stellen de persoon in staat om korte- en langetermijnstrategieën uit te werken voor het implementeren van BIM binnen een bedrijf of een project. Het kan hier bijvoorbeeld gaan om aspecten zoals leadership, planning en het omgaan met verandering. Een persoon met competenties op het gebied van BIM-management is op de hoogte van de bestaande normen, reglementen en leidraden met betrekking tot het BIM-proces, begrijpt de impact ervan op de organisatie van het bedrijf/het project en heeft een goed beeld van de uitdagingen die gepaard gaan met de collaboratieve werkwijze. Hij is in staat om bepaalde conventies in te voeren en te doen respecteren in een specifieke context en om de doeltreffendheid van de BIM-activiteiten en de hierbij betrokken personen en organisaties te analyseren.
Toepassingen
De competentiematrix biedt een grondslag voor:
- het opstellen van competentieprofielen voor verschillende rollen/bouwberoepen
- het vormgeven van de bestaande opleidingsprogramma’s
- het ontwikkelen (of verbeteren) van bepaalde opleidingsmodules
- het ontwikkelen van een evaluatiemethode voor individuele BIM-competenties.
Zo kan een opleidingsorganisme de matrix gebruiken om de verschillende aangeboden opleidingen te situeren. Het kan bijvoorbeeld aangeven dat opleiding A toelaat om competenties van niveau 3 te bereiken op het vlak van tools, van niveau 2 op het vlak van informatie en van niveau 4 op het vlak van management. De matrix kan eveneens gebruikt worden om bepaalde lacunes op het gebied van de individuele competenties binnen een organisatie te identificeren en om de profielen af te bakenen die nodig zijn om de goede werking ervan te waarborgen (d.w.z. de selectiecriteria voor de aanwerving verduidelijken). Ook ploegbazen kunnen ernaar teruggrijpen om, op basis van de competenties van de verschillende werknemers, een team samen te stellen dat over de nodige kwalificaties beschikt om het project tot een goed einde te kunnen brengen.
Beperkingen
De leerdoelstellingen in verband met BIM zijn velerlei. Het is bijgevolg onbegonnen werk om alle BIM-competenties uitgebreid op te lijsten. De matrix biedt echter wel een overzicht van de competenties die verworven en/of onderhouden zouden moeten worden in de bouwsector. Dit algemene plaatje heeft echter een aantal beperkingen, onder meer op het vlak van de competenties die verband houden met de tools. Het feit dat hij een bepaald vakje aanvinkt, stelt de gebruiker immers niet in staat om de tools aan te duiden die hij gebruikt, noch om zijn beheersing van een bepaald BIM-model aan te geven … Dergelijke zaken kunnen niettemin gepreciseerd worden aan de hand van bijkomende aantekeningen.
Besluit
Om de (toekomstige) bouwprofessionelen te helpen bij het aannemen van de uitdagingen die geboden worden door BIM, is het belangrijk om de competenties te identificeren die ze dienen aan te leren tijdens hun initiële vorming, of later, via een eventuele voortgezette opleiding. De werkgroep ‘Opleidingen’ van het Technisch Comité BIM & ICT en de Cluster BIM heeft een eerste stap in deze richting gezet door de opstelling van de ‘BIM-competentiematrix’. Deze matrix is het resultaat van een groot aantal uitwisselingen en discussies tussen de verschillende leden van de werkgroep, die zowel samengesteld is uit bouwprofessionelen (aannemers, architecten …) als uit actoren die betrokken zijn bij de initiële vorming en de voortgezette opleiding (universiteiten, beroepsverenigingen, centra voor voortgezette opleiding …). De matrix heeft niet als oogmerk om een uitgebreide oplijsting te maken van alle BIM-gerelateerde competenties, maar biedt wel een overzicht van de competenties die verworven en/of onderhouden zouden moeten worden in de bouwsector.
Bijlage: De BIM-competentiematrix
Klik hier om de pdf van de matrix te downloaden.